dinsdag 5 oktober 2010

Gegroet

Lopen is niet het juiste woord voor wat ze doet. Het is een vorm van schrijden met een aarzeling erin. Misschien komt het door haar lengte, die nauwelijks wordt geschraagd door de broosheid van haar ledematen. Ze woont een paar huizen verderop. Gegroet hebben we elkaar nog nooit. Terwijl ik heel wat af ‘hoi’ en ‘hallo’ vanaf het houten bankje op de stoep voor mijn huis. De eerste voorjaarszon en de laatste herfstwarmte zuig ik daar in de namiddag op onder het genot van een krant en een glas wijn. Buren lopen langs, steken een hand op of blijven staan voor een praatje. Ik informeer naar de gezondheid van de oude heer die, voor hij aan zijn moeizame tocht naar de tweede verdieping begint, naast mij zittend moed en kracht verzamelt. Ik gluur bewonderend in kinderwagens, word omstandig geïnformeerd over de illegale sloop of plaatsing van een muurtje zus of een dakraam zo, over de voortdurende heibel van die met die en de vermeende romance tussen je weet wel en dinges.

Maar met haar heb ik nog nooit een woord gewisseld. Haar iele lijf en doffe blik vormen het perfecte pantser tegen groetbeluste buurvrouwen. Zonder twijfel is ze het slachtoffer van die nare ziekte die maakt dat broodmagere meisjes zich inbeelden dat ze eruit zien als vette varkens. Ik weet dat ze mededogen bij me op zou moeten wekken en dat doet ze ook, maar meer nog voel ik wrevel. Ik heb er helemaal niks mee te maken en ik weet helemaal niks van het leed dat zij met zich meetorst – obviously, want ik spreek haar nooit – en toch ergert het me dat ik in al die jaren nog nooit een glimlach of een zweem van tevredenheid op haar gezicht heb bespeurd. Ook niet nu ze sinds enige tijd een jongeman aan haar zijde heeft. Uit mijn omgeving weet ik dat zelfs de liefde geen adequaat medicijn tegen anorexia is, maar een beetje vrolijk zou je er toch best van kunnen worden. Met de komst van vriend lijkt het spleen eerder verdubbeld. Apathie en somberheid. Mistroostigheid en indolentie. Hand in hand. Dat wel.

Het is een mooie herfstdag. Straks misschien een wijntje op de stoep. Kijken of er nog wat te groeten valt.